Vandaag bereiken we het eerste letterlijke hoogtepunt van onze fietsreis: de Buchener Höhe. En vanaf daar gaat het in 1 lange roetsj naar beneden toe, 7 kilometer lang. Here we go!

De ochtend begint authentiek, dat wil zeggen met druilerige regen. Zo’n bui waarbij je twijfelt of je nou wel of niet je regenpak zult aantrekken. We doen dat toch maar wel en verlaten omstreeks 09.00 uur het appartement dat we gisteren hals over kop geboekt hebben. Prima verblijf, maar wel een beetje begrotelijk. Een ontbijt slaan we hier even over, want men rekent daar werkelijk de hoofdprijs voor. We besluiten naar een nabijgelegen baguetterie te gaan waar men voor minder dan een kwart van de prijs een prima frühstück met kakelverse broodjes serveert. 

Daar gaan we!

Wanneer de maagjes gevuld zijn volgen de bijna 10 kilometers naar de top van de Buchener Höhe. Die top ligt op 1261 meter hoogte en kent – na een rustig begin- enkele pittige stijgende kilometers.  Maar we doorstaan dat prima en vinden ons zelf na een uurtje fietsen terug op de top. Tadaaa, dat hebben we maar weer gefikst.

Vanaf daar is het één lange afdaling van 7 kilometer aan gemiddeld 7%. Met meerdere haarspeldbochten. En zodra je de rem loslaat schiet je fiets gelijk naar voren. Eerlijk gezegd vinden we dat afdalen best een dingetje. Onbegrijpelijk dat beroepswielrenners op zo’n weg nog voluit durven bij te trappen…  Overigens worden we onderweg wel weer op een prachtig uitzicht getrakteerd op de brede vallei van de rivier de Inn.

Met een pittige vaart gaan we naar beneden. Heel af en toe komen we een zwaar zwoegende fietser in de tegenovergestelde richting tegen. Respect hoor, fietsend in westelijke richting is deze helling loeizwaar. Ons zou het met de bepakte fietsen niet lukken.

Verder langs de Inn

Na een lange afdaling rollen we tenslotte de plaats Telfs binnen, waarmee we eindelijk de ‘begane grond’ hebben bereikt. Vanaf hier volgen we grotendeels de Inn, en dat zal vast een stuk makkelijker gaan. Voor het eerste gedeelte naast de Inn klopt die aanname, maar vanaf het plaatsje Roppen gaan we toch weer ineens de heuvels op. We fietsen over een prachtig pad dwars door het bos, vrij van autoverkeer en andere herrie. We genieten van het uitzicht op de Inn waar groepjes mensen op deze wild stromende rivier druk aan het raften zijn. Maar het fietsen is ook heftig, want de hellingen zijn kort maar wel heel steil.  Bij 1 helling zit er niets anders op dan te gaan lopen, tegen 18% kunnen we echt niet op. En er trouwens ook niet fietsend af, want naar beneden is het met onze zwaar beladen fietsen behoorlijk eng. 

Terwijl de regen eindelijk even ophoudt bereiken we Imst, de plaats waar we willen kamperen. Maar dan moeten de weersomstandigheden wel enigszins meewerken, want een half nat tentje opbouwen in de regen…daar wordt niemand blij van. We besluiten het er toch op te wagen. Eerst zoeken we de camping op; voor ons een bekende plek want vorig jaar hebben we daar ook een overnachting gedaan. We schrijven ons in en krijgen tot onze verrassing niet het tentenveldje aangewezen maar een plek helemaal achteraan op de camping. In de voortuin van twee momenteel leegstaande caravans. Een leukere plek is denkbaar. Maar goed, het is voor één nachtje, dus vooruit met die geit. 

Veel Nederlanders

De camping blijkt overigens een volledig Nederlandse enclave te zijn. Wanneer René onder de douche hardop in zichzelf moppert wanneer het licht in de ruimte door een sensor wordt uitgeschakeld krijgt hij vanuit meerdere douchehokjes lollig commentaar. Oh ja, even vergeten dat er hier zoveel medelanders zijn🫣

Gelukkig blijft het sinds we op de camping zijn al enige tijd droog. Spijtig genoeg heeft  buienradar voor vanavond toch weer een plens regen op het menu staan. Maar dan zitten we in ons tentje en maakt dit wat minder uit. En vanaf morgen….. we durven het haast niet meer te geloven, gaat de zon voor langere tijd schijnen! En overmorgen fietsen we trouwens al Italië binnen. En daar schijnt de zon altijd, toch…?

Dagafstand 51km
Totaal 1311km